De volledige vraagt luidt: Een particulier wil een (bio)gasleiding aanleggen van zijn boerderij naar een bedrijventerrein. De leiding ligt gedeeltelijk in openbare grond. De netbeheerder Enexis Gas wil dit netwerkje niet opnemen in zijn grote netwerk omdat het te klein is en buiten zijn normale bedrijfsvoering (reparatie, verantwoordelijkheid etc. ) Moet de gemeente deze aanleg accepteren en wat zijn de voorwaarden voor deze particulier. De kans is groot dat over een paar jaar niemand meer weet van wie deze leiding is en wie verantwoordelijk is voor verleggingen en schades.
Onze reactie hierop is: Het lijkt ons niet goed mogelijk om te anticiperen op mogelijke faillissementen van bedrijven die biogasnetten willen aanleggen. De vraag speelt in een overgangsperiode in de wetgeving voor gas en elektra. Hierbij wordt de wet aangepast aan de ‘energietransitie’.
In zowel de bestaande als de nieuwe situatie ligt het belang waarop je stuurt in jouw vraag, bij de netbeheerders en de ACM. De ACM verleent ontheffing aan partijen die een net willen beheren en dit net niet willen overdragen aan de regionale netbeheerder. Wat ons betreft ligt daar ook de oplossing voor het vraagstuk. Voordat je vergunning verleent voor de aanleg wil je graag weten of het haalbaar is. Laat degene die iets wil aanleggen aantonen dat hij voldoet aan de eisen van de Gaswet en laat de netbeheerder adviseren, om een beeld te krijgen van de situatie.
Aanvulling op 12 maart 2019
Op deze vraag hebben wij op 12 maart 2019 de volgende aanvulling gegeven:
- Of je een private leiding toelaat is een keus die de gemeente maakt. Als het gaat om duurzame initiatieven adviseren wij om dit wel te doen (energietransitie).
- Als je private netten wilt toestaan dan is het logisch dat je je afvraagt hoe dat dan in zijn werk gaat, want je wil geen onveilige situaties. Hierbij moet je goed bedenken welke verantwoordelijkheid jij als gemeente hebt en waar de andere verantwoordelijkheden liggen.
- De netbeheerder is vanuit de wet (Elektriciteitswet, Gaswet, Warmtewet) verantwoordelijk voor de veiligheid en bruikbaarheid van zijn net. Er gelden vanuit de wet strenge eisen. Je kunt sowieso niet zomaar netbeheerder worden. Je zult ofwel aangewezen moeten worden als netbeheerder (dit zijn de Lianders, Cogassen, Enexisen etc.), of een ontheffing moeten hebben als ‘particulier’. Daarnaast hebben de genoemde wetten een toezichthouder, de Autoriteit Consument en Markt (ACM) die strikt toezicht houdt.
- De gemeente is verantwoordelijk voor de veiligheid en bruikbaarheid van de weg. Dit betekent – in ieder geval volgens de AVOI – dat jullie toezicht houden op de openbare ruimte, op de ondergrondse ordening en of alles daar wel veilig gebeurt.
Als je een aanvraag krijgt voor een vergunning, dan kun je als gemeente niet gaan toetsen op zaken die niet horen bij je taak. Het is dus niet mogelijk om eisen te stellen die de Gas- en Elektriciteitswet (en Warmtewet) stellen aan hoe een netbeheerder zijn net dient te exploiteren. Wel kun je op basis van jouw taak als hoeder van de openbare ruimte nagaan of je te maken hebt met een partij die op de hoogte is van zijn verantwoordelijkheden. Je kunt bijvoorbeeld vragen of de aanvrager wel als netbeheerder opereert, of dat hij daar een ontheffing voor heeft gekregen. Daarnaast kun je nagaan of de aanvrager op de hoogte is van andere regels die gaan gelden zodra je met een kabel of leiding in openbare gronden gaat liggen. Denk hierbij aan registratie conform de Wibon.
Als de gemeente het belangrijk vindt om hierover alle ins and outs te weten, dan moeten we daar een onderzoekje naar verrichten. Vanuit dat onderzoekje zouden we een checklist kunnen opstellen waarmee de vergunningverlener de aanvraag kan afpellen.
Aanvulling op 26 maart 2019
Op deze vraag hebben wij op 26 maart 2019 nog de volgende aanvulling gegeven:
In de huidige tijdsgeest en in het licht van de energietransitie is het als gemeente verstandig om duurzame initiatieven te verwelkomen. Wel bieden deze ‘nieuwkomers’ diverse uitdagingen voor gemeenten ten opzichte van de ‘reguliere’ netbeheerders. Feit is dat als er kabels of leidingen in openbare grond worden aangelegd er een vergunning op basis van de AVOI benodigd is. Wij gaan er vanuit dat (in ieder geval een gedeelte van) de installatie gelegen is op openbare grond, dus dat er een vergunningplicht geldt. De toetsingscriteria staan benoemd in de AVOI. Daarnaast wordt er in de AVOI verwezen naar de informatieplicht van de aanvrager of er nog andere vergunningen of permissies benodigd zijn. Aan de hand van deze informatie kan worden beoordeeld of de aanleg van kabels en leidingen niet conflicteert met overige wet- en regelgeving.
Op basis van de wet- en regelgeving ten aanzien van bodemenergiesystemen (open of gesloten systemen) zal er een melding bij de gemeente of de provincie gedaan moeten worden. Ook bestaat de mogelijkheid dat er een OBM (omgevingsvergunning beperkte milieutoets) gedaan moet worden. Aan de hand van deze input kan er een afweging worden gemaakt of de aanleg van de WKO op correcte wijze kan worden gerealiseerd. Ook hebben een aantal gemeente een ‘verordening bodemenergiesystemen’ vastgesteld. Hier worden (interferentie)gebieden aangewezen voor de aanleg van bodemenergiesystemen. Als de gemeente Kampen een dergelijke verordening heeft vastgesteld dan is dat natuurlijk ook een indicator voor de toetsing.
Er blijven wel nog verschillende vragen openstaan die zeer specifiek zijn en nog nader onderzocht zouden moeten worden. Met name nu de gemeente aangeeft dat er alleen op dit moment al drie aanvragen binnen zijn gekomen. Zo is de enkele mededeling dat er geen sprake is van een netbeheerder wel heel erg kort door de bocht, zal de toetsing aan het Barim (activiteitenbesluit) hoogstwaarschijnlijk noodzakelijk zijn en bekeken moeten worden welk bestuursorgaan (de gemeente of de provincie) het bevoegd gezag is.